29 januari waren we bij de manifestatie no blame but change na aanleiding van de openbaringen rondom het programma ‘The Voice of Holland’ over grensoverschrijdend gedrag.
Sprekers waren Karin Bloem, Kitty Jong FNV en de directeur Amnesty International Nederland.

YWCA Nederland wordt dit jaar 101 jaar oud en dat is een bijzondere gebeurtenis.

YWCA houdt zich bezig met de emancipatie van vrouwen en meisjes al vanaf 1855 en met het bestrijden van gender ongelijkheid. In Nederland bestaat YWCA sinds 101 jaar en nog steeds zijn we actief en zetten we ons in om de positie van vrouwen en meisjes te verbeteren.

Doorlopende ontwikkeling

Dat het nog steeds van belang is om je hier mee bezig te houden is jammer, want je zou verwachten dat 101 jaar toch wel zoden aan de dijk had gezet. Dat is zeker het geval, maar wel zijn er nog niet. Zoals Agnes Jongerius aangeeft is het loonverschil nog steeds een dikke 14% tussen mannen en vrouwen, en Nederland doet het ook niet al te best met vrouwen in leidinggevende posities.

De overheid doet veel te weinig om de verschillen en de ruimte voor vrouwen om een eigen stijl en eigen richting vrij te kunnen kiezen mogelijk te maken. De overheid schafte zelfs de emancipatieraad af, want dat was toch niet meer nodig, alsof alle uitdagingen als sneeuw voor de zon gesmolten zijn er geen belemmeringen meer zijn.

Golden Girl Award

Hoe komt het dat als er een vacature is iedereen geschikte mannelijke kandidaten weet te noemen maar diep na moet denken voor er een vrouwelijk kandidaat te binnen schiet? Hardnekkig patronen die nog steeds worden herbevestigd. Daarom zetten we met onze Golden Girl Award op 27 november tijdens onze viering, weer vrouwen van bijzonder kaliber in de spotlight zoals Marije Cornelissen, Jessica Ruitenberg, Brenda Stoter Boscolo en Ytem Engelaar. Nog nooit van gehoord, ga je schamen, of beter ga je verdiepen in deze prachtige dames!

Wandelen in de avond met het doel onveilige plekken te laten zien en ervaringen te delen wat vrouwen soms overkomt en hoe ze ermee omgaan in het donker en dat alles om de wereld een beetje veiliger te maken voor vrouwen en meisjes.

Op 26 november organiseert YWCA Nederland een wandeling in het kader van Orange The World in het centrum van Utrecht, maar niet zomaar een wandeling. Er staan 12 beelden langs de route en bij eider beeld hoor je een verhaal, een verhaal van moed, verdriet, historie of plezier, en kracht door vrouwen die zich inzetten voor dit onderwerp vanuit de YWCA.
Het gaat om veilig voelen en veilig zijn, dit jaar met een speciale aandacht voor preventie van geweld en Femicide gericht op vrouwen en eisjes. Zeker ook in Corona tijd een onderwerp wat net onderschat mag worden.

Beginpunt: Hoek Bartholoméïbrug/ Lange Smeestraat/ Pelmolenweg. Start mogelijkheid tussen 17.30 en 18.00 uur.
Aan het einde van de wandeling is er een korte en Corona veilige versnapering bij het Mary Bargerhuis voor 20.00 uur.
De wandeling is zo gemaakt dat het ook echt bijdraagt aan meer bewustzijn over dit onderwerp en we vinden het ook wel spannend om dit te doen, want je staat daar kwetsbaar te wezen voor iedereen die langs komt. En dat is nu precies ook waar het omgaat waarom zou je je ongemakkelijk buiten moeten voelen als vrouw? Je zou je toch gewoon veilig moeten kunnen voelen? En dat alles op Black Friday in Hoog Catherijne een beetje gewaagd, maar even geen commercie kan ook fijn zijn.
Geïnteresseerd: www.ywca.nl of mail naar info@ywca.nl

De YWCA Meet Up ‘Beeldvorming over vrouwen’ resulteerde in een boeiende avond met senior onderzoeker bij Atria (kennisinstituut voor emancipatie en vrouwengeschiedenis) Willemijn Krebbekx. Sexting, naaktfoto’s die rondgaan op middelbare scholen en intieme gesprekken op social media. Hoe moeten jongeren daarmee omgaan? Moet het verboden worden? Of moeten jongeren gewoonweg wat voorzichtiger zijn?

Sexting onder scholieren
Willemijn Krebbekx deed bij vier middelbare scholen antropologisch veldwerkonderzoek op het gebied van seksueel getinte berichten en afbeeldingen die jongeren naar elkaar sturen op hun telefoon of via social media. In eerste instantie gingen er bij mij alarmbellen rinkelen. Een meisje van 15 (minderjarig!) dat door de hele school naakt gezien wordt op de telefoon, door iemand die haar intieme foto klakkeloos deelt met klasgenootjes. Dat klinkt traumatisch en schrijnend. Dat is het ook! Maar waar ik me niet bewust van was, is dat het maar een klein percentage is dat dit drama moet doorstaan. Zo blijkt dat 10 tot 20% van de jongeren tussen de 12 en 25 jaar doet aan ‘sexting’. 70% van deze jongeren kijkt daar met plezier op terug.

Kanteling in de boodschap
Moet je jongeren dan verbieden hiermee door te gaan? Moeten we ze duidelijk maken dat dit echt niet door de beugel kan? Zo’n 10 jaar geleden was dit inderdaad de boodschap die men over wilde brengen. ‘Vreselijk!’ ‘Doe het niet!’ Werkte dit? Nee… Anno 2019 verandert de boodschap. Sexting is inmiddels geen vreemd fenomeen meer, maar scholieren moeten voorzichtig zijn met wat ze sturen. Een bericht kan vele vervelende consequenties hebben. Scholieren moeten zich daarvan bewust zijn.

Sexting in de praktijk
Willemijn Krebbekx gaf enkele voorbeelden uit de praktijk. Het klinkt eenvoudig: één druk op de knop en je intieme foto is naar je vriendje verstuurd. De relatie gaat uit, vriendje wordt boos en tada de hele school krijgt jouw foto te zien, en jouw leven is geruïneerd. Zo gaat het echter in de praktijk meestal niet. De situaties zijn doorgaans een stuk ingewikkelder. Een van de sextingsslachtoffers bleek na een half jaar helemaal niet meer na te denken aan die ene foto die rondging op school. Ze vond het overigens ook erger dat haar vriendinnen boos op haar reageerden i.p.v. dat die ene foto rondging (“het was toch een mooie foto?!”). Met dit meisje kwam het gelukkig vrij snel goed (ze stopte niet met sexting). Helaas is dat niet bij iedereen het geval. Wat Willemijn hier ook van leerde is dat scholen vaak nog niet weten hoe ze hiermee om moeten gaan. Moeten ze eerst de benadeelde scholier benaderen of de veroorzaker van het hele dilemma? Moeten ze eerst de ouders aanspreken? Moeten ze alle betrokkenen bij elkaar trommelen en toespreken? Moet de hele klas hierover geïnformeerd worden? Het is een gevoelig onderwerp en als je in het bijzijn van alle klasgenoten dat ene sextingslachtoffer uit de klas roept, komt de aandacht alleen maar meer op haar/hem te staan (meer druk). Maar de situatie kan niet onbesproken blijven…

Act4Respect
Het blijft een lastig onderwerp. Hoe komt het dat meisjes zwaarder gestraft worden bij ‘sextingongelukjes’ dan jongens? Hoe moeten we omgaan met het feit dat veel jongeren sexting als positief ervaren? Mensen roepen snel dat het de eigen schuld is van jongeren dat ze alles zo open delen. Anderzijds kunnen social mediaplatforms juist door die openheid een hoop bereiken. Zo vinden transgenders bijvoorbeeld gelijkgestemden die ze misschien niet in hun eigen omgeving hebben.

Om meer duidelijk te krijgen over hoe men om moet gaan met sexting onder jongeren (en andere soortgelijke fenomenen), beoordeelt de organisatie Act4Respect interventies. Hoe gaan mensen ermee om en wat werkt wel en niet? Jongeren en professionals zetten zich in voor gelijkwaardige relaties tussen jonge vrouwen en mannen. Er mag geen ruimte meer zijn voor fysiek, seksueel of cybergeweld. We raden je aan om eens op hun website rond te snuffelen. Ze hebben al veel materiaal verzameld en bekeken en interessante analyses gedaan.

Een reuze interessante avond dus! Benieuwd naar de volgende Meet Up? Houd onze nieuwsbrief, Facebookpagina en website in de gaten!

Marlijn de Jager, namens de redactie

 

Geschreven door Dieke Hengelaar 

Gewichtsdiscriminatie komt nog steeds veel voor. Mensen met overgewicht vinden moeilijker een baan, worden als lui bestempeld en worden vaak als schuldig gezien aan hun eigen gewicht. Vrouwen zijn hiervan het grootste slachtoffer. Zij verdienen gemiddeld minder als ze overgewicht hebben en hebben te maken met een hardnekkiger schoonheidsideaal. In onze maatschappij wordt het als normaal gezien om negatief te denken over dikke mensen. Hiermee houden wij én een onrealistisch schoonheidsideaal in stand én dit is ook schadelijk voor ons eigen zelfbeeld. Het wordt tijd dat wij het negatieve oordeel over overgewicht actief als verkeerd gaan bestempelen.  

Een tijdje geleden heb ik de documentaire reeks Brard & Jekel: VetGelukkig?! gezien. Deze reeks is gemaakt door Patty Brard en Diederik Jekel. Zij gaan op zoek naar het antwoord op de vraag hoe het is om dik te zijn in een wereld waar dun de norm is. Ik heb een voorliefde voor programma’s met persoonlijke verhalen van mensen en in dit programma stond dit duidelijk centraal. In de verschillende afleveringen kwamen mensen met overgewicht aan het woord, wetenschappers en werden verschillende bekende en minder bekende mensen geïnterviewd. Het thema overgewicht boeit mij persoonlijk. Ondanks dat ik nooit met overgewicht heb gekampt, heb ik mij eigenlijk nooit dun genoeg gevoeld. Dit verkeerde zelfbeeld komt toch ergens vandaan, want ik heb mij eigenlijk nooit zorgen hoeven maken over mijn gewicht. Tijdens één van de afleveringen van VetGelukkig werd mij toch meer duidelijk waarom dit was. Een van de wetenschappers wees mij op het feit dat discriminatie op basis van gewicht gewoon als normaal wordt gezien in onze maatschappij. Dit idee wil ik iets verder uitdiepen.  

Ik ben me natuurlijk wel bewust van de superdunne modellen die de standaard zijn in de media en alle afslankprogramma’s en diëten die op tv worden aangeprezen. Dit heeft schadelijke invloed op hoe wij naar onszelf kijken, omdat er bijna maar één schoonheidsideaal bestaat: superdun zijn. Gelukkig winnen plussize modellen steeds meer het terrein en komt er een nieuwe standaard bij. Maar ik vond het pleidooi van de wetenschapper die ik net noemde ook een goede reden geven waarom we dik zijn niet mooi vinden. (Dit is overigens wel afhankelijk van cultuur, maar daar ga ik nu niet op in.) Eigenlijk hebben we als maatschappij alle vormen van discriminatie als fout bestempeld, zoals discriminatie op basis van leeftijd, huidskleur, gender, seksualiteit, etc. We vinden ook dat we dit in deze maatschappij niet moeten goedkeuren of moeten laten gebeuren. Wij als YWCA staan daarom bijvoorbeeld voor eerlijke rechten voor vrouwen en het tegengaan van discriminatie van vrouwen. Hoe raar is het eigenlijk dat we het afkeuren van dik-zijn en het slecht praten over dikke mensen over het algemeen eigenlijk heel normaal vinden. Het wordt niet raar gevonden om dik-zijn af te keuren.  

Ik verbaast me hoe vaak ik mensen negatief over dik-zijn hoor praten. Ook ikzelf moet een knop omzetten om hier niet negatief over te zijn. Het wordt best wel vaak vergeleken met ongezond leven, geen zelfbeheersing of lui. Opeens kan iedereen een oordeel hebben over iemand. Ik denk dat dit een radicaal andere manier van denken nodig heeft om twee redenen.  

Ten eerste denk ik dat mensen gewoon allemaal verschillende lichamen hebben. Niet die ene standaard is normaal. Nee, juist alle verschillen zijn normaal. Je kan nog zo gezond leven en toch een bovengemiddeld gewicht hebben. Je kan je helemaal volproppen met ongezonde dingen en toch dun zijn. Mensen zijn nou eenmaal verschillend. Dik-zijn en dun-zijn betekent dus niet dat je jouw leven beter of slechter invult. Jij bent gewoon wie je bent! Dit betekent natuurlijk niet dat mensen niet meer hoeven te sporten of gezond hoeven te eten. Het betekent wel dat we moeten leren om elkaar te accepteren hoe we zijn en niet te beoordelen op gewicht. Dus hoor je iemand slecht praten over dik-zijn: Wijs hem of haar erop dat dit juist het denken stimuleert in dit ene schoonheidsideaal. 

Ten tweede denk ik dat een radicaal andere manier van denken nodig is, omdat we discrimineren op basis van gewicht nog gewoon normaal vinden. Dit noemen we ook wel body shaming. Door dit fenomeen hebben mensen met overgewicht bijvoorbeeld minder kans op een baan, worden vaker uitgescholden op straat of online, en worden ze dommer gevonden. Het is wetenschappelijk onderzocht dat vrouwen ook nog eens slachtoffer zijn van een dwingender schoonheidsideaal. Jaap Seidell, hoogleraar aan de Vrije Universiteit, zei hierover in de Volkskracht: ‘Gewichtsdiscriminatie is een van de weinige vormen van discriminatie die volkomen is geaccepteerd in onze samenleving.’ Wij vinden het dan ook normaal om te oordelen over iemands gewicht, terwijl dit én niet oké is tegenover de ander én ook schadelijk is voor ons eigen zelfbeeld.  

Een nieuw jaar is aangebroken en het wordt tijd voor goede voornemens. Mijn voornemen is om mensen niet te beoordelen op basis van gewicht. Ik stel aan iedereen voor om hetzelfde te doen. En wil je gezonder leven? Laat dit je goede voornemen zijn en niet om af te vallen, want je bent goed zoals je bent! Het rest mij alleen nog om iedereen een gelukkig nieuwjaar te wensen.  

Wil je meer weten over dit onderwerp? Je kunt de documentaire reeks Brard & Jekel: VetGelukkig?! online kijken via NPO Start. In dit column werd verwezen naar dit artikel te lezen via de website van de Volkskrant.   

 

 

Sinds begin dit jaar werk ik voor de gemeente als beleidsadviseur in welzijn (Sociaal Domein). In principe werk ik op vaste thema’s waar vrouwelijk leiderschap niet bij hoort. Door met meerdere collega’s in gesprek te gaan, heb ik uiteindelijk een leuk gezamenlijk project opgezet samen met onze beleidsadviseur diversiteit. Zij was geïnspireerd door de verhalen over de YWCA-cursus vrouwelijk leiderschap. Mooi om te zien dat de YWCA een voorbeeld is voor anderen.

In een van de wijken van onze stad vindt veel criminaliteit onder jongeren plaats. Een sleutelfiguur uit de wijk organiseert al een aantal jaar in opdracht van de gemeente dialogen met buurtbewoners over het tegengaan van radicalisering. Uit de dialogen bleek dat er vooral behoefte is aan dialogen over opvoeding (de verschillende boodschappen die thuis en op school worden meegegeven) en de rol van moeder en vader als belangrijk voorbeeld voor hun kinderen.

Omdat ik binnen mijn studie gespecialiseerd ben in vrouwenrechten en al heel wat jaren bij de YWCA ervaring heb opgedaan binnen vrouwelijk leiderschap ben ik gevraagd om een onderdeel over vrouwelijk leiderschap te ontwikkelen. Het achterliggende idee is dat de moeders van de overwegend Marokkaanse gemeenschap uit de wijk met elkaar in dialoog gaan over vrouwelijk leiderschap en opvoeding.

Ik vond dit nogal een opgave om iets over te ontwikkelen, vooral omdat ik niet van de gemeenschap zelf ben en ik vind dat de mening van deze vrouwen leidend moet zijn in het aanbod van de dialogen. Gelukkig werd ik geholpen door een ervaren Iraanse vrouw die de dialogen al jaren organiseert en een groep Marokkaanse moeders die zeggen behoefte hieraan te hebben. Prachtig om dit samen met hen te doen!

Het heeft geholpen dat ik in een vroeg stadium betrokken ben geweest bij de YWCA-cursus vrouwelijk leiderschap. Ook heb ik om extra aanvulling van onze betrokken leden gevraagd. Ik ben met deze kennis nog verder de wetenschap ingedoken om daarvan te leren en heb landelijke voorbeelden verzameld van andere cursussen. Het blijkt dat er elders in het land meerdere cursussen worden aangeboden, soms ook ondersteund door de lokale overheid of welzijnsorganisaties. Voorbeelden zijn Themis in Leiden en het Multiculturele Vrouwenhuis in Rotterdam. Bij alle trainingen komt naar voren dat het erg belangrijk is om je doelgroep goed in kaart te brengen. Dit kan verschil geven in de behoeften en de aansluiting bij de vrouwen. Het kan dan ook verschillen of je je richt op professioneel leiderschap en/of leiderschap in je persoonlijke leven. Ook aspecten als taal spelen een rol. Bij voorkeur wordt er altijd gewerkt met iemand uit de doelgroep zelf en als het mogelijk is een ‘rolmodel’ (iemand uit de gemeenschap die de stap naar meer ‘vrouwelijk leiderschap’ (een baan, een studie, verantwoordelijkheid gepakt etc.) al heeft gemaakt).

Op basis van lessen uit praktijkvoorbeelden en de wetenschap heb ik opties geformuleerd voor de gemeenschap om samen met elkaar in dialoog te gaan. De werkvormen hierbij worden nog uitgewerkt, maar inmiddels heeft een groep vrouwen gekozen om bezig te gaan met de opties: rollen van de vrouw en de man, moederschap is leiderschap en zelfvertrouwen. We zijn nog bezig met de uitwerking, maar we hopen in 2019 de eerste pilot te beginnen.

De YWCA kent vele leden met veel ervaring over vrouwelijk leiderschap. Graag zou ik jullie willen vragen om met mij mee te denken. Hieronder vind je mijn uitwerkingen van de opties voor dialogen over opvoeding en vrouwelijk leiderschap. Ik ben benieuwd wat je hiervan vindt en of je nog dingen mist. Je kan eventuele reacties of vragen mailen naar dieke_hengelaar@hotmail.com. Ook kritische meningen zijn meer dan welkom.

Ik hoop jullie binnenkort weer een update te geven van het project!

Dit zijn de uitgewerkte opties. Elke optie heeft een korte beschrijving om een dialoog mee te starten. De onderwerpen kunnen altijd aangescherpt en uitgebreid worden door de deelnemers van de dialoog.

Optie: Rollen van de vrouw en de man (genderrollen)

We gaan het gesprek aan over hoe de rollen binnen het gezin zijn verdeeld. Elk gezin heeft een rolverdeling. Een genderrol betekent dat er bepaalde eigenschappen, taken en waarden worden toegeschreven aan de hand van of je man of vrouw bent. Vaak worden rollen specifiek als mannelijk of vrouwelijk ervaren. Dit werkt vaak als een ‘selffulfilling prophecy’: wat je wordt geleerd dat je genderrol is, daar gedraag je je vaak naar. Voorbeelden zijn dat het werk van mannen belangrijker is en dat vrouwen hun verantwoordelijkheid thuis ligt (huishouden en opvoeding).  Hoe hier thuis over gedacht wordt, heeft invloed op de opvoeding van onze dochters en zonen.

Er is dus een verwachting dat vrouwen hun verantwoordelijkheid thuis nemen en dit wordt ook zo op dochters overgebracht. Daarnaast nemen vrouwen minder leiderschapsrollen in het publieke leven in. Het gevolg is dat de samenleving wordt geleid vanuit een mannen-perspectief. Wat vinden wij hiervan? Wat is de invloed van de opvoeding hierop?

Optie: Conflicten en huiselijk geweld

We doorbreken het taboe. Huiselijk geweld heeft veel invloed op een gezin. Wetenschappelijk is bewezen dat het merendeel van plegers van fysiek geweld mannen zijn. Geweld wordt gebruikt om de vrouw te corrigeren. Echter het merendeel van de vrouwen vindt dat de vrouw geen geweld mag gebruiken. Vrouwen blijken het gewelddadig gedrag toch vaak te accepteren. In zulke situaties is de vrouw vaak economisch en emotioneel afhankelijk van de man. Om dit te veranderen heeft de jongere generatie al oplossingen gevonden, bijvoorbeeld door inzet van sociaal netwerk en toegang claimen tot financiële middelen voor onafhankelijkheid. Overigens komt geweld tegen mannen binnen het huwelijk ook voor als mannen in een geïsoleerde positie begeven en onderhevig zijn aan psychisch geweld. Een gelijkwaardige positie van man en vrouw is daarom van belang.

Geweld in het gezin wordt ook gebruikt in de opvoeding. Hierin is er een gelijke afhankelijkheidspositie waar ouders een autoritaire houding kunnen aannemen. Dit gebeurt vooral tegen jonge kinderen. Geweld brengt vaak ook een gewelddadige houding in de maatschappij met zich mee.

Optie: Moederschap is leiderschap

Zijn moederschap en leiderschap aan elkaar verbonden? Wellicht zou je beide onderwerpen niet meteen aan elkaar linken. Toch zijn er veel paralellen te vinden. Je draagt verantwoordelijkheid, jouw visie heeft invloed op mensen en je hebt een voorbeeldfunctie. Je wilt als moeder dat je kinderen hun volle potentieel leren benutten. Het is daarom goed om in dialoog te gaan over welke boodschap je je kinderen wil meegeven. Hoe leven zij een goed leven? Hetzelfde geldt overigens voor vaderschap.

Daarnaast kan het als een bedreiging worden ervaren dat vrouwen een leiderschapsrol innemen, omdat zij de plekken van traditionele leiders daarmee overnemen. Dit kan ook spelen in het gezin, bijvoorbeeld de financiële onafhankelijkheid van de vrouw. Hoe zetten we juist de vrouwelijke onafhankelijkheid en leiderschap in een positief daglicht?

Optie: Maatschappelijk succes

Hoe kunnen vrouwen elkaar steunen om maatschappelijk succesvol te zijn bij een nog steeds aantoonbare maatschappelijke achterstand? De kranten liegen er niet om, het ontbreekt nog altijd aan vrouwen aan de top. Maar ook op andere maatschappelijke vlakken is het aantal vrouwen schaars. In deze dialoog nodigen we een ‘rolmodel’ uit de gemeenschap. Zij heeft een persoonlijke stap gemaakt in haar leiderschap. We gaan aan de hand van vragen met haar in gesprek:

  • Wat kreeg je van huis uit mee als vrouw?
  • Heb je als vrouw belemmeringen ervaren in je carrière of was je vrouw zijn een pluspunt?
  • Wat voor lessen heeft ze geleerd en waarmee kan ze andere vrouwen inspireren?

Optie: Zelfvertrouwen

Vrouwen kunnen onzekerheid hebben over zichzelf. We gaan aan de hand van levensverhalen met elkaar in gesprek. Dit heet story telling. Elke vrouw schrijft haar verhaal op en kan dit delen. Daarbij kijken we met de deelnemers naar beperkende overtuigingen die ze met zichzelf meedragen. We kijken naar hoe we ons positief kunnen ontwikkelen en welke gewoontes kunnen helpen om meer zelfvertrouwen te genereren.

We stimuleren een bewustwordingsproces en discussiëren over de eigen rol in het gezin en de samenleving. Een belangrijk middel hierbij is het groepsproces: vrouwen kunnen ‘onderling’ veilig over drempels heenstappen en van elkaars ervaringen leren. Het is goed mogelijk dat er meerdere sessies nodig zijn om vertrouwen op te bouwen en goed over dit onderwerp te praten.

Optie: Wie heeft de schuld?

Een moeder is geruststellend, haar blik is almachtig enzovoort. En zo krijgt de moeder die van haar voetstuk valt, zoals bij mishandeling, weldra de schuld. In wetenschappelijke studie naar betekenisgeving door vrouwen en mannen van geweld in hun kindertijd bleken de geïnterviewden veel vaker boos te zijn over het (vroegere) gedrag van hun moeders dan van de vaders. Door de moeders hadden ze zich verlaten en ‘onbeschermd’ gevoeld; opmerkelijk genoeg brachten ze over hun vaders dergelijke verwijten niet naar voren, terwijl hij meestal de agressor was en ze soms al lang geleden alle contact met hem hadden verbroken. Er wordt dus met twee maten gemeten: Wat zou een moeder moeten doen en wat zou een vader moeten doen? Dit brengt een onevenredige belasting.

Lieve lezers,

Graag geef ik jullie een kijkje achter de schermen in het mooie werk dat ik mag doen als Associate Project Manager Congress & Exhibition voor de International AIDS Society in Genève. A dream came through: werken voor een internationale organisatie, de wereld over reizen en bovenal werken voor een organisatie die bijdraagt aan het vervullen van de SDG’s zoals opgesteld door de VN.

De missie van de IAS is “to lead collective action on every front of the global HIV response through its membership base, scientific authority, and convening power”. Onderdeel daarvan is het organiseren van conferenties overal ter wereld. Iedere twee jaar organiseert de IAS de International AIDS Conference (à 15.000-20.000 bezoekers). Deze conferentie is het platform om vanuit de hele wereld top wetenschappers, civil society members en overheden te laten netwerken, kennis te laten delen en samen stappen te laten zetten met als ultieme doel HIV en AIDS te doen laten verdwijnen uit deze wereld. De International AIDS Conference staat bekend als de meest prestigieuze en grootste conferentie ter wereld op het gebied van mondiale gezondheid en vele bekende gezichten passeerden dan ook de revue.

Daarnaast organiseren we een kleinere conferentie vooral gericht op de wetenschappers onder de naam IAS Conference on HIV Science (à 7000 bezoekers).

Daar ging ik dan, op naar mijn eerste International AIDS Conference, dit jaar in de RAI in Amsterdam! Spannend! Ik mag onderdeel zijn van het team binnen de IAS dat de Conferenties organiseert vanuit een logistiek perspectief.

Dat betekende voor mij om in 4 maanden tijd (ben gestart op 1 maart 2018) contracten te regelen, te onderhandelen over miljoenen, te zorgen dat 120 satellite organizers aan hun trekken komen en te faciliteren dat alle sessies in de grootste hal (6.000+) een succes zouden worden!

Een nieuwe wereld ging voor mij open, daar ‘behind the scenes’ van het grote podium. Aangezien ik mede verantwoordelijk ben voor alle audiovisuele zaken betekent dit tijdens sessies achter de schermen zorgen dat het juiste camera shot wordt genomen, dat de sprekers te horen zijn, dat de sessie verloopt zoals gepland, dat de NOS zijn werk doet en het publiek live kan volgen wat er gebeurt aan de andere kant van de RAI.

Bijzonder om handen te mogen schudden van o.a. minister Kaag, Bill Clinton, prins Harry en niet te vergeten Charlize Theron. Maar meest bijzonder is toch wel om die enorme diversiteit aan mensen en culturen te ervaren, het enthousiasme van de honderden vrijwilligers, de open-minded sfeer rondom HIV en AIDS en activisme dat wordt ontvangen in een positieve sfeer. Gaaf om onderdeel te mogen zijn van een conferentie waar mensen vanuit de hele wereld de kans te krijgen hun boodschap over te brengen en waar kritiek niet geschuwd wordt.

Op het moment van schrijven kijk ik uit het raam van ons kantoor uit op de bergen rondom het meer van Genève. Een uitzicht om bij weg te dromen. Maar… Ik moet opschieten, want ik heb zo een bijeenkomst over de geplande bezoeken richting… Mexico! Volgend jaar wordt de IAS Conference on HIV Science namelijk georganiseerd in Mexico City.

En om dan maar in stijl af te sluiten: Mocht je eens in Genève zijn, altijd welkom voor een bakkie 🙂

Een warme groet uit Genève!

Helma

P.S Wil je meer weten over de IAS? Neem dan vooral even een kijkje op www.iasociety.org.

Op de Internationale Dag voor de Vrede, 21 september, had ons lid Jade-Gülay de kans om Arun Gandhi, de kleinzoon van Mahatma Gandhi, te interviewen over zijn belangrijke werk op het thema passive violence (passief geweld). Zijn gedachten zetten aan tot een discussie over wat nou eigenlijk de bron is van geweld in de wereld. Lees het volledige verslag hieronder in het Engels.

In the run-up to Mahatma Gandhi’s 150th anniversary in 2019, a revolutionary man in non-violent activism, I had the incredible honour of speaking to his grandson Arun Gandhi at the 4th Peace Symposium on September 21 International Peace Day. Arun Gandhi is founder of the M. K. Gandhi Institute for Nonviolence, author of the book ‘Be the Change’ among many others and of his grandmother Kastur’s biography ‘The Forgotten Woman’, Mahatma Gandhi’s wife. It was from her that Mahatma Gandhi learned his first lesson on non-violence.

Prior to the official interview, I had a personal conversation with him and was amazed by his kindness and modesty that I’m sure of won’t escape anyone who has the chance to talk with him. And exactly this is where peace begins. Arun Gandhi says: “Non-violence has to be lived. How we behave with each other and how we relate to each other. Peace is not some Utopia somewhere out there in the future.

One of the key issues he addressed during the interview was what he calls ‘passive violence’ (ignoring poverty, economic-, social-, cultural- and religious oppression, suppression and exploitation) which he says is the fuel supply to physical violence. “If we want to put out the fire of physical violence, we have to cut off the fuel supply and become the change we wish to see”, referring to our responsibility in incorporating non-violence in our daily lives: What we think, speak and how we behave. “We are overconsuming the resources of the world, which is violence against nature. Because of that, we are depriving people elsewhere in the world of these resources and they have to live in poverty which is violence against humanity. We are indulging in violence against nature and humanity consciously and unconsciously”.

This immediately made me think of how we easily replace our mobiles by new ones every two years, if not every year, even though some of us know that children sometimes as young as four years old are forced to work in subhuman conditions and under constant threat of violence in cobalt mines in DRC. Many die from exhaustion as different human rights organisations found out. Cobalt finds its way to components of mobiles, laptops, etc. we use in our daily lives. Therefore we (un)consciously contribute to the cycle of exploitation and hurt people elsewhere in the world. One can argue that we hold passive violence or in my view, a gun, in our hands every day.

Arun Gandhi underlines that our use of passive violence results in anger in people who undergo the structural exploitation or suppression which eventually resorts to physical violence. In turn we respond with violence to them instead of introspecting our own behaviour. Don’t suspend peace making or conflict resolution when violence becomes visible in its primitive and physical form. Commit to end passive violence. Live peace, right here, right now.

Jade-Gülay Fitoz

De witte lelie, een wonderschone, elegante bloem die bol staat van de symboliek. In de Middeleeuwen kon men geen kwaad woord reppen over de lelie. De lelie zette de vrouw op een voetstuk. Dat engelachtige, onschuldige imago bestaat nog altijd. Toch vreemd. Hoe bloedmooi deze bloem ook is en hoe fraai ‘lelievrouwen’ ook omschreven worden, van de geur van een lelie word ik werkelijk onpasselijk… Waarom ontbreekt dit onvermijdelijke kenmerk in al die pracht en praal?

Anoniem – Maria met kind  (en lelie)- 1590-1599

O schoone vrouwe

De Middeleeuwse christen kende de symboliek van de lelie maar al te goed. De lelie representeerde de heilige maagd Maria. De bloem stond voor zuiverheid en onschuld. In oude verhalen worden deugdzame jonkvrouwen vaak beschreven met een leliewit gelaat. Om aan te tonen dat zij waardevol waren door hun onbevlekte reinheid en hun nederige levenshouding. Blancefloer uit Floris ende Blancefloer, heet eigenlijk ‘blanke bloem’ ofwel witte lelie. Hier nog een voorbeeld:

“Adelgonde, wier treffend lelieblank gelaat aller oogen tot zich trok, was naast den jonker Van Rodenberg gezeten.” – De Lelie van ‘s Gravenhage van J.J. Cremer

Hera’s melk

Ook in de Griekse mythologie staat de lelie bekend als wonderschone, reine bloem. De lelie staat ook symbool voor vruchtbaarheid. Niet Maria, maar Hera zorgde voor deze betekenis. De bloem zou namelijk voor het eerst ontsproten zijn uit Hera’s melk.

Witte lelies op de grafkist

Leuk en aardig al die reine en vruchtbare vrouwen van weleer, maar één ding begrijp ik niet. Ja, het is een práchtige bloem. Ik vind alleen de geur ondraaglijk. Ik ben wel blij met een boeket lelies, de naam ‘lelie’ alleen al vind ik mooi. Toch zet ik ze altijd op het balkon, zodat ik ze wel kan zien, maar niet hoef te ruiken. Mijn tante vertelde me dat ze niet voor niets op grafkisten werden gelegd. De lelie zou de geur van het lichaam verbloemen. Dit leek me een wat ‘platte’ reden. De lelie, dé bloem die de vrouw op een voetstuk zet, zou ineens verlaagd worden tot ordinaire geurverfrisser? Ik besloot hier meer over op te zoeken.

Het sterfbed

Dat lelies vanwege hun sterke geur op grafkisten werden gelegd, kon ik nergens terugvinden. Wel kan iemand op z’n sterfbed naar lelies gaan ruiken. Dat komt door bepaalde lichamelijke processen die ermee ophouden, waardoor het lichaam begint af te sterven (excuses voor deze ietwat kille omschrijving). Zieke mensen gaan dan soms naar lelies ruiken. Lelies op een grafkist fungeren niet als geurbom, maar als een laatste eerbetoon. De persoon zal met het symbool van onschuld en zuiverheid het graf ingaan.

Prachtige stinkbloem

Het zit me nog steeds dwars dat de o zo wonderlijke witte lelie stinkt. Nu kun je tegenwoordig lelies zonder geur kopen, dan los je het probleem ook op. Maar vroeger werden lelies nog niet zo gekweekt.

Lelies in de Middeleeuwen

Misschien dat de middeleeuwer meer gewend was aan stank. Open riolen, meutes stervende mensen en ranzig water zullen niet naar rozen hebben geroken. Eerder naar lelies. Misschien viel de geur van lelies helemaal niet zo op en zijn onze 21-eeuwse neusjes te veel gewend geraakt aan luxepaarden en verfijnde potpourri. En lelies stonden vroeger voornamelijk buiten. Mensen gaven elkaar niet zomaar boeketten en de gemiddelde middeleeuwer zette geen bloemen op tafel. Sterker nog, in Nederland was volgens mij geen lelie te krijgen… ‘Een leliewit gelaat’ kon ook geïnspireerd zijn op de witte lelie uit de bijbel:

“Ik ben een Roos van Saron, een Lelie der dalen.
Gelijk een lelie onder de doornen, alzo is Mijn vriendin onder de dochteren.” Hooglied 2

Prachtige cliché

Al met al vind ik het leuk dat de verheerlijkte lelie onuitstaanbaar stinkt. Ik vind het wel fijn dat zo’n prachtige verschijning ook niet perfect is. Dat lijkt me een prima cliché om mijn blog mee af te sluiten.

Marlijn is redacteur bij de YWCA. Marlijn deelt graag observaties rondom het ‘vrouw zijn’ en het ‘vrouwelijke’. 

Na vier maanden zwangerschapsverlof werk ik weer. Mijn roze babybubbel heb ik grotendeels verruild voor groene Dierenbeschermingsidealen. Het is even wennen, maar geen straf want ik vind mijn werk leuk. Leuk werk en een prachtkind, wat wil je nog meer?

Nieuwe identiteit

Wat Marlijnheid betreft, voel ik me nog precies hetzelfde als voor het babytijdperk. O yes stinkkaas, woldraden in de knoop, kattenharen op m’n nieuwe jurk, rommel in m’n tas. Toch heb ik er een identiteit bijgekregen. Ik ben nu ook moeder en ik geniet er intens van. In ons huisje is er eentje bijgekomen. Het is voor mijn katten nog even wennen, maar wij zijn iedere dag weer verwonderd. Het is toch bijzonder dat je binnen extreem korte tijd extreem veel van iemand houdt. “Staat je leven op z’n kop”, “verandert nu alles?”, “kun je nog wel slapen?”, vragen ze alsof de wereld vergaat. Ja het verandert en ja dat is prima.

Machinaal gekreun

Alleen dingen als kolven voelen onnatuurlijk aan. Plastic machine zuigt je leeg, met tergende mechanische teugen. Zit je daar weer in dat kleine nietszeggende hokje, met het gevoel dat iedereen denkt dat je je tijd verdoet. “Kostbare tijd Marlijn en jij zit daar wéér!” (oké, oké, dat denken ze vast niet… ) Terwijl je het levenselixer van je spruit op robotachtige wijze tot stand brengt en in gekoelde flesjes bewaart.

Die met die bakfiets

En nog iets. Ik haalde Lahja op van de kinderopvang. Dat gegeven alleen al voelt zo ‘moedertje moedertje’. “Eh ja, ik moet op tijd weg, want ik moet naar de kín-dér-óp-váng…” Ik installeerde Lahja in de draagzak en observeerde ondertussen al die moeders met zo’n zelfingenomen blik, ‘zo moet het en zo is het’. Ze geven hun kids een kus en vragen naar hoe hun dag was. Kindlief babbelt ronduit. Moeder knikt apathisch en haalt de bakfiets van de standaard of fietst met klasse A-kinderstoel de straat uit. Ze hebben iets… ja eh… moederachtigs. Alsof ze alles voor elkaar hebben. Huisje, boompje, beestje. Koelkast vol AH-producten, tuin met luxe loungeset.

Nog geen half jaar geleden flaneerden moeders met kinderwagens langs het water voor mijn huis. Ik voelde afstand tussen hen en mij. Zij zaten in die andere levensfase. Geen feestjes meer, alleen nog maar verstandige keuzes en ecologisch afbreekbare luiers.

Terwijl ik op de fiets stap, knikt zo’n moeder vriendelijk naar me. Glimlachend en begripvol. Ik realiseer me dat ik er nu ook zo één ben. Dat mensen nu ook zo naar mij kijken. Ze zien mij niet als iemand die in bomen klimt, die met haar paardenstaart voor de zoveelste keer in dezelfde braamstruik blijft hangen en die haar glittertelefoon steeds kwijt is. Ze zien een dame die het voor elkaar heeft. Huisje, boompje, beestje. Verstandig, zelfverzekerd, ‘zo is het en zo moet het’. Zo iemand met zo’n kind en met zo’n baan. Tsja, zo is het ook.

O foei


Terwijl ik wegfiets roept zo’n moeder me na. “Je mag niet fietsen met een draagzak.” Een zucht van verlichting. Het voelt op een vreemde manier geruststellend.

Door Marlijn de Jager-Gerhardt

Marlijn is redacteur bij de YWCA. Ze was de laatste tijd wat minder actief voor de YWCA vanwege zwangerschapsverlof, maar is weer terug van weggeweest! Marlijn deelt graag observaties rondom het ‘vrouw zijn’.